Tot slot

Meestal staat er op deze plek een feel-good verhaaltje waar mooie, bijzondere, indrukwekkende of emotionele situaties zich voordoen en vooral hoe mensen daar op reageren en mee omgaan. In ons werk maken we ook veel korte kleine grappige of zeer onverwachte situaties mee waar je meestal achteraf, al is het soms uit verbazing, om moet lachen.

Zoals tijdens een bezichtiging met een leuk jong stel bij een oud en klein vrijstaand huisje aan de rand van het dorp. Het was een mooie zomerdag en Bram en Ilse kwamen hand in hand en gespannen kijkend aanlopen. Gespannen? Ja, echt gespannen. Aan het lopen kon je al zien dat ze nerveus waren. Logisch als je samen voor het eerst op pad gaat om een mogelijk toekomstige woning te kopen, hoe bijzonder maar ook spannend is dat? Je eerste grote beslissing samen, het gaat over veel geld en wat weet je eigenlijk over hoe het kopen van een huis in zijn werk gaat als je nog zo jong bent. Wat komt er allemaal bij kijken? Een hypotheek, verzekeringen, schilderen, behangen en het kopen van nieuwe spullen. Maar vooral hoe is het huis, waar staat het, hoe ziet het er uit en … is het geen kat in de zak? Zijn er geen verborgen gebreken, of andere zaken waar je onverwacht tegenaan gaat lopen. Je hebt meestal weinig geld dus wil je niet het risico lopen dat er onaangekondigde grote uitgaven zich voordoen.

Hoe kun je dat voorkomen, wie kan je objectief en kundig adviseren? Een makelaar zou je denken maar er is een veel betere optie en die dient zich meestal ook nog ongevraagd aan. Je eigen en/of toekomstige schoonouders willen graag mee! Die zijn ervaren, hebben al vaker een huis gekocht, weten hoe het werkt, maar vooral vader is meestal een bouwkundig expert. Hij heeft tenslotte, al is het lang geleden, een tuinhuisje in elkaar gezet en de kasten van Ikea zijn voor hem maar een dagje werk. Nee, als er iemand is, dan is het zijn of haar vader wel die (tenminste dat vindt hij meestal zelf) er echt verstand van heeft en zal dat wel eens even laten zien aan die makelaar. Want als er iemand onbetrouwbaar is, dan is het natuurlijk die makelaar wel. Die vertelt alleen maar fraaie verhaaltjes en probeert alle gebreken en minpunten te verdoezelen.

Zo was het ook bij Bram en Ilse. Hun beide ouders waren zo vriendelijk om tijd vrij te maken en eens even mee te gaan om deze woning kritisch voor hun kroost te bekijken. In het algemeen kun je stellen dat de beide moeders zich helemaal in het gevoel van hun dochter en zoon kunnen vinden. Heerlijk samen op jezelf wonen in je eigen stulpje. Knus, gezellig en het huis hoeft echt niet perfect te zijn. Gewoon romantisch samen in je eigen optrekje. Zo zijn zij immers zelf ook begonnen.

Maar zoals gezegd vaders kunnen daar iets anders tegenover staan. Vooral oudere vaders hebben nog altijd het idee dat hoe meer je de woning afkraakt hoe goedkoper hij wordt.
Dus begint het zoeken al bij het aan komen lopen naar de voordeur. Moet je eens kijken naar dat schilderwerk. Dat is allang niet meer gedaan. Ik denk dat de kozijnen ook wel verrot zullen zijn.

Na een vrolijke ontvangst is het duidelijk dat de geschetste situatie hier van toepassing is. Bram en Ilse lopen met een roze bril gelukzalig en dromend door het huis, de beide moeders zijn alvast bezig met het nadenken over de inrichting en de kleuren van de muren. Bram zijn vader is heel realistisch, denkt positief met de moeders mee en praat geruststellend met Bram en Ilse over de mogelijkheden, maar Ilse haar vader gaat volledig in zijn ‘expertise’ rol op.

De door hem geconstateerde tekort-komingen van de woning worden veelvuldig herhalend opgesomd waarbij het mij, maar ook zeker de andere aanwezigen op een gegeven moment wat begint te irriteren.

Zijn vrouw probeert hem een beetje te matigen en Ilse kijkt haar vader bijna smekend aan. De vader negeert echter alle signalen en gaat vrolijk op dezelfde wijze verder. Natuurlijk probeer je als makelaar op een positieve manier een bezichtiging uit te voeren, maar als mensen toch wat onjuiste beweringen gaan doen en daarmee onterecht afbreuk gaan doen aan de woning mag je best op een leuke manier daar wat van zeggen.

Nadat ik de vader al op meerdere opmerkingen had betrapt die gewoon absoluut niet waar waren (zoals een houten vloer in de woonkamer die volgens de vader expert toch echt van beton was), moest er iets gaan gebeuren, want iedereen begon wat ongemakkelijk rond te lopen. Zelfs de ouders van Bram keken behoorlijk geïrriteerd naar het optreden van de man.

Je kunt iemand natuurlijk en-publiek zijn onkunde laten blijken maar daar schiet niemand iets mee op en als makelaar weet je dan zeker dat er geen verkoop gaat plaatsvinden. Maar hoe kon ik deze man wat afremmen, waardoor zijn dochter en haar partner objectief konden bepalen of deze woning wat voor hen zou zijn?

De zolder was klein en laag en alleen met een losse ladder te bereiken. ‘Zullen we?’, vroeg ik aan de vader van Ilse wijzend op de ladder. ‘Nou dat is niet nodig, het is zo een kleine en donkere ruimte, daar kunnen ze toch niets mee’, zei hij afwijzend. ‘Als bouwkundige kun je daar juist een heel belangrijk gedeelte van de woning zien’, zei ik hem. ‘Hoe is het dak, zit er houtworm in, wat voor dakbeschot is er aanwezig, hoe zit het met de isolatie etc?’ Ik wees nogmaals op de ladder en vertelde hem dat het lichtknopje direct rechts zat.

De man stapte aarzelend op de eerste trede, daarna de tweede en ik zag zijn benen gaan trillen. Zo erg dat de ladder mee begon te trillen. ‘Gaat u maar hoor’, zei ik tegen hem ‘ik kom achter u aan.’ Hevig trillend kwam de man boven en kroop op de zolder, ik sloot enkele seconden later bij hem aan.

In het beperkte licht dat er aanwezig was zag ik het zweet op de man zijn voorhoofd. Hij zei niets terwijl de anderen in de badkamer het sanitair aan het bespreken waren. ‘Wat vindt u van het dak?’, vroeg ik opgewekt aan hem. Hij bewoog zijn hoofd alsof hij rond keek en zei met benepen stem, ’ja goed hoor, ik zie hier niets verkeerds. Ik ga weer naar beneden.’ Hij kroop naar het luik, ging op zijn buik liggen en twijfelde. Ik vroeg of er iets was. ‘Nee hoor’, zei hij, maar ik zag de angst in zijn ogen. ‘Vindt u het lastig op een ladder?’, vroeg ik hem. ‘Nee hoor, nou ja eigenlijk wel’, fluisterde hij. ‘Kun je me helpen?’, vroeg hij bijna angstig.
‘Natuurlijk’, zei ik en ik ging voor hem uit op de ladder, pakte zijn voet en plaatste die op de bovenste trede. Ik sprak hem kalm toe en zette zijn andere voet op de trede er onder. Zo kwamen we beneden, terwijl de anderen nog in de badkamer aan het praten waren.

De man veegde de druppels van zijn voorhoofd en het stof van zijn overhemd en keek mij ietwat hulpeloos aan. ‘Hoe was het op de zolder?’, vroeg Ilse. ‘Moet er nog wat aan het dak gebeuren?’ Haar vader zocht naar woorden en ik antwoorde haar. ‘Nee hoor, het dak is prima in orde. Wat je vader goed heeft gezien is dat er een kleine houtworm behandeling moet plaatsvinden om erger te voorkomen in de toekomst. Kost een paar honderd euro maar dan zijn jullie er helemaal vanaf. O ja en je vader en ik hadden het op zolder nog even over de betonnen vloer in de woonkamer, maar we denken toch allebei dat deze van hout is hoor.’

De rest van de bezichtiging verliep positief en de anderen keken soms verbaasd naar Ilse haar vader die opmerkelijk weinig negatiefs meer te vermelden had.
Ilse en Bram kochten het huis en wonen er inmiddels al vele jaren met heel veel plezier.

Over jonge mensen gesproken. Recentelijk had ik een bezichtiging met een ander jong stel in een nagenoeg nieuwe woning van 2 jaar oud. Het stel was op zoek naar hun eerste woning en deze woning leek hun wel wat. Frits en Marie waren afgestudeerd en hadden gelijk een goede baan gevonden. Ze woonden nog steeds in een soort studentenhuis, maar waren dat ‘niveau’ nu wel ontgroeid en wilden de volgende stap maken. Er waren vele jonge gegadigden die allemaal erg enthousiast waren. Zo waren ook Frits en Marie erg onder de indruk van de woning.

De locatie aan een rustige weg in een ‘groene’ woonwijk, de diepe tuin op het zuiden met outdoor living, de garage, de ruime slaapkamers, de fraaie badkamer en zonnige woonkamer alles was top. Totdat we in de keuken kwamen. De keuken was van alle gebruikelijke inbouwapparatuur voorzien en uitgevoerd in een neutrale kleurstelling. Niets mis mee zou je zeggen. Maar Marie dacht daar heel anders over. Ze keek zeer teleurgesteld naar de keuken en zei tegen Frits, ‘dit is helemaal niets, hier kunnen we niets mee’. ‘Ik vind de kleur niet mooi, er is te weinig aanrechtblad en die is niet eens van natuursteen, er zijn te weinig kastjes en er is al helemaal geen inbouwapparatuur’. ‘Nou dat valt wel mee’, zei ik en liet ze alle apparatuur nogmaals zien. Een fraaie koelkast, inductie kookplaat met bladafzuiging, een oven, een magnetron en natuurlijk een vaatwasser. Marie keek me ongelovig aan. ‘Meent u dat?’, vroeg ze voor de zekerheid. ‘Tja, mij lijkt dat al het nodige er in zit toch?’. ‘Afgezien daarvan mis ik toch heel veel’, vervolgd Marie haar betoog. ‘Een grote koelkast met 0-graden afdeling, een vriezer, een Quooker, een hoge drukstoomoven, een lage druk stoomoven, een wijnklimaat kast etc. etc. Dus ik mis eigenlijk heel veel.’ ‘Zijn jullie echte kookliefhebbers?’, vroeg ik belangstellend. ‘Wat leuk!’

Frits draait zich om en loopt langzaam naar de bijkeuken, Maria kijkt mij aan. ‘Nou dat in feite niet. We bestellen nu bijna elke avond eten of we gaan uit eten, maar al mijn vriendinnen hebben deze apparatuur dus die wil ik ook, dat staat zo super gaaf in een keuken!!’

Tja, het kan verkeren zullen we maar zeggen. De meeste kijkers zijn overigens altijd heel blij tijdens een bezichtiging.
Een vrolijk gezin uit Amsterdam kwam kijken bij een ruime vrijstaande woning met een grote tuin en een stukje weiland in de buurt van Meppel. De drie aardige kinderen, maar ook de sympathieke ouders waren helemaal enthousiast tijdens de bezichtiging. Logisch want ze woonden nu in een tussenwoning met een klein plaatsje achter het huis aan een drukke straat. Veel lawaai, veel mensen, veel auto’s en nauwelijks ‘ruimte’ om hen heen. Nadat we door de woning waren gelopen en de kijkers onder de indruk waren van de ruimte in het huis kwamen we in de tuin met het aangrenzende stukje weiland.

Ze keken alle vijf met grote ogen om zich heen. ‘Wat een ruimte’, zei de moeder van het gezin en liep verder de tuin in. ‘Mogen we naar het weiland?’, vroegen de kinderen, waarop ik bevestigend antwoorde. ‘Ik ga gelijk mee’, riep de vader en ze renden met z’n vieren door de tuin over het gazon er naar toe. Het hek ging open en ze begonnen uitgelaten achter elkaar aan te rennen. Ik sprak verder met de moeder en wij liepen ook richting het weiland. Het was grappig om te zien hoe de anderen in het weilandje bezig waren. Ze rolden over de grond en maakten veel plezier. ‘Ik denk dat we wel geïnteresseerd zijn’, zei de moeder met een knipoog. De vader kwam met een rood hoofd en het shirt uit zijn broek rustig naar ons toelopen. ‘Draai je eens om?’, vroeg zijn vrouw toen hij bij ons was. De man draaide zich om en zijn vrouw trok een vies gezicht maar moest tegelijkertijd erg lachen. Ik boog een beetje schuin voorover om tevens op zijn rug te kijken. Een grote bruine vlek was midden op zijn rug te zien. ‘O ja’, zei ik tegen hen beide, ‘Ik was vergeten te vertellen dat de huidige eigenaar het weilandje verhuurde aan zijn buurman die er een paar koeien op liet lopen!’

En zo kunnen we nog wel even doorgaan. De makelaardij is een ware inspiratiebron die fantastisch is en was om mee te mogen maken. Was? Ja, inderdaad was, want met deze column komt na ca. 80 columns zoals aan alles, ook aan het schrijven van deze columns, een einde.

De meest recente 25 columns zullen in het derde boekje genaamd ‘Plan B’ in de nazomer van 2024 worden gepubliceerd en verkocht, waarbij de opbrengst zoals ook bij de twee vorige uitgaven (‘Achter de voordeur’ en ‘Bruine bonen’), natuurlijk ten gunste van een goed doel zal komen. Zo zijn met de opbrengst van het vorige boekje ‘Bruine Bonen’ vele taalcoaches opgeleid in de strijd tegen laag geletterdheid.

Dank voor alle mooie reacties de afgelopen jaren, het was een eer en genoegen de verhaaltjes te schrijven en zoals uit vele columns blijkt; volg altijd je hart, dan komt het goed!